Doopsgezind, een eigen weg
Wat maakt doopsgezinden anders dan andere kerkgenootschappen? Dé doopsgezinde bestaat natuurlijk niet, maar als je ze wat leert kennen, ervaar je wel iets eigens. Dat is moeilijk in een paar zinnen te omschrijven. Toch een kleine poging, zo opgeschreven door een buitenstaander die ‘binnenstaander’ werd: |
![]() |
“Natuurlijk nemen ze zichzelf serieus, maar wat ze uitstralen is eerder openheid en ontspannenheid. Ze kunnen diep op iets ingaan, wezenlijk betrokken zijn, maar er vervolgens ook een relativerende grap over maken.”
Dat zegt misschien iets over de sfeer, maar nog niet over hoe ze denken.
Wat is nu die ‘eigen weg’ van de doopsgezinden? Een paar kernpunten.
(Geen) geloofsleer
Doopsgezinden kennen geen vastgelegde geloofsleer. Wat je gelooft, waarover je twijfelt, wat je bezielt - er is geen instantie en geen persoon die daarvoor de norm bepaalt.
Maar erover praten, met de predikant bij voorbeeld, helpt wel die eigen inzichten helder te krijgen.
Toetreding
Toetreding tot de gemeente geschiedt vanouds door doop op belijdenis, en wel op volwassen leeftijd, want je moet de keuze dat je tot de gemeente wilt behoren, bewust kunnen maken. In de persoonlijke belijdenis omschrijf je je beweegredenen.
Wie als kind gedoopt is, doet bij opname in de gemeente alleen belijdenis of omschrijft zijn of haar beweegredenen. ‘Wederdoop’, zoals eeuwen geleden, hoeft niet, mag wel.
De doop is trouwens symbolisch, met wat druppels water.
Vriend of belangstellende |
|
Vrienden hebben vrijwel dezelfde rechten en plichten als leden.
Wie eerst eens de kat uit de boom wil kijken, of zijdelings betrokken wil zijn, kan zich als belangstellende laten noteren.
Allen welkom Bij ons is iedereen welkom. Dat geldt ook voor lhtb'ers. Daarom zijn wij aangesloten bij de Wijdekerk.
|
![]() |
Allen ‘gelijk’
Doopsgezinden kennen geen hiërarchie, zij zijn elkaars ‘zusters en broeders’.
De leiding van de gemeente wordt in handen gelegd van een kerkenraad, maar de ledenvergadering bepaalt het beleid. In onze gemeenten hebben leden én vrienden stemrecht, belangstellenden spreekrecht.
De predikant heeft een belangrijke rol, maar alle leden mogen in principe die rol (of een klein stukje daarvan) vervullen. Met een theologische term heet dit het ‘priesterschap van alle gelovigen’. Soms wordt een dienst dan ook geleid door één of meer leden.
Gemeenten zelfstandig
Doopsgezinde gemeenten zijn zelfstandig, er is geen centraal gezag. Maar gemeenten kunnen en weten niet alles zelf, daarom zijn onze beide gemeenten aangesloten bij de Algemene Doopsgezinde Sociëteit (ADS) in Amsterdam, die veel taken uitoefent waar de veelal kleine zelfstandige gemeenten geen tijd of kennis voor hebben.
Daden gaan woorden te boven
Er is niets mis met praten en zeker niet als je er wijzer van wordt, maar voor de meeste doopsgezinden gaat het geloof vooral om hoe je leeft, wat je doet of nalaat, of je jouw kleine beetje kunt bijdragen aan een iets betere wereld.
Leden, vrienden en belang-stellenden helpen en denken op velerlei gebieden mee. Zo krijgt het begrip gemeente met elkaar betekenis. Een gemeente als een veilige haven. Maar die haven ligt niet op het eiland der geluk-zaligen, maar midden in de wereld. |
Gemeente met elkaar – maar ook in de wereld.
Wie wil weten hoe de doopsgezinden zijn geworden tot wat ze nu zijn, kan eens rondstruinen in de afdeling Geschiedenis, bijvoorbeeld het stukje Vijf eeuwen dopers.